Vleesveebedrijf Korenblik uit Harfsen en Van Ommeren Vlees uit Zutphen ontvingen op 21 juni het keurmerkcertificaat voor Lakenveldervlees uit de Achterhoek uit handen van René de Bruin, secretaris van SPN. Hierdoor mogen Vleesveebedrijf Korenblik en Van Ommeren Vlees het logo Erkend Streekproduct voeren op hun mooie streekproduct. “Het is een bekroning op ons werk”, aldus initiatiefneemster Ineke Korenblik, “en daar zijn we best een beetje trots op.”
De Lakenvelder rund wordt geroemd om de uitstekende vleeskwaliteit. In blinde smaaktest komt het geregeld als beste uit de bus. Daarnaast is deze koe met de kenmerkende tekening met het witte ‘laken’ over buik en rug een opvallende verschijning in het landschap. Het is daarom terecht dat de Lakenvelder koe tegenwoordig wat meer in de belangstelling staat. Toch is de veestapel klein en wordt de Lakenvelder bestempeld als een een zeldzaam landbouwhuisdier. Door inspanning van gepassioneerde fokkers en de Stichting Zeldzame Huisdieren en consumentenorganisatie Slow Food wordt de veestapel in stand gehouden en wordt het vlees gepromoot.
Die promotie is zeker nodig. “Het Lakenveldervlees is een mooi stuk vlees van premium kwaliteit,” aldus Michel van Ommeren van Van Ommeren Vlees, “maar het moet ook een meerprijs opbrengen. Wij leveren het aan de horeca in de streek en dat gaat niet vanzelf. De afnemers zijn enthousiast over de kwaliteit, maar ze moeten wel steeds het verhaal aan de consument blijven vertellen, en dan verdwijnt het al snel weer naar de achtergrond. Dan is de prijs toch een issue. Het is helaas nog niet zo dat de klanten er naar vragen, en dat moet eigenlijk veranderen.”
Ineke Korenblik verkoopt het vlees van de Lakenvelder stiertjes en ossen van het eigen bedrijf via haar eigen boerderijwinkel en via streekwinkels in de Achterhoek. “De klanten die het vlees eenmaal kennen die komen er wel voor terug. We hebben op deze manier een klantenkring op weten te bouwen. Het is vlees voor de liefhebbers, die de meerprijs willen betalen. Het breid zich langzaam verder uit, als een olievlek. Van mond tot mond.”